De Cesky Fousek (spreek uit als Tsjeskie foosek) is een jachthond behorend tot de familie van de ruwharige staande honden. Zijn geschiedenis reikt tot ver in het verleden, en het is zelfs waarschijnlijk dat hij aan de basis staat van de uitgebreide familie van ruwharige staande honden.
Hoe kwam de Fousek aan zijn naam? ‘Cesky’ geeft aan dat hij uit Tsjechië afkomstig is.
‘Fousek’ (is Tsjechisch voor baard) duidt op de duidelijke kenmerken van het ras: sterk ontwikkelde baard en wenkbrauwen.
Algemene beschrijving en karakter
De Cesky Fousek is een middelgrote ruwharige continentale staande jachthond met aangeboren eigenschappen voor veld-, bos-, en waterwerk. Hierdoor kan de hond veelzijdig in de jacht gebruikt worden. Kortom: een allrounder die zowel vóór als ná het schot werkt.
Ondanks zijn aangeboren passie voor roofwild is hij gemakkelijk te trainen en te leiden. De Fousek is heel gehecht aan zijn baas en zeer aanhankelijk ten opzichte van zijn familie. Het is een edele hond met een zachte en vriendelijke expressie, maar zijn algehele verschijning verraadt souplesse en daadkracht.
Van oorsprong is de Cesky Fousek een hardwerkende jachthond. Van zijn kwaliteiten wordt in het land van oorsprong nog steeds ruimschoots gebruik gemaakt. Daar is hij al decennia lang één van de meest gebruikte staande jachthonden. De jagers stellen vooral zijn veelzijdigheid en goede hanteerbaarheid op prijs.
Eenmaal thuis bij zijn baas komt zijn rustige aard naar voren, en van een gepassioneerde jager met veel ‘will to please’ verandert de Fousek dan in een rustige hond die zich gemakkelijk voegt naar de regels van het gezin. De Fousek zal bij onraad wel blaffen maar is niet echt waaks. Bezoekers worden in alle vriendelijkheid ontvangen.
De Fousek heeft dagelijks een flinke portie beweging nodig. Maar ook mentale stimulatie in de vorm van training en sociaal contact is voor de Fousek heel belangrijk.
De Fousek is een zachte hond, en dient daarom ook met een ‘zachte’ hand te worden gecorrigeerd. Hij heeft wel een consequente en overtuigende baas nodig. Een “ijzeren vuist in een fluwelen handschoen” wordt wel eens gezegd. Duidelijke regels en consequente hantering daarvan zonder fysieke hardhandigheid heeft de Cesky Fousek nodig.
Hij is een harde werker en is daarbij hard voor zichzelf. Door jachtpassie gedreven neemt hij doornstruiken en koud water zonder aarzeling aan en kan hij, schijnbaar onvermoeibaar, de hele dag mee jagen.
Ook harde geluiden en een hoop drukte brengen hem dankzij zijn stabiele karakter niet van zijn stuk.